1999: veranderingen

Square

 

Veranderingen ware het grote kenmerk van 1999.

aan boord wonen Bij mijn (Peter’s) terugkeer van een zakenreis naar Italië in oktober 1998 zegt Noud: we doen het allemaal niet goed. Nu zegt hij dat wel vaker dus ik was niet onder de indruk. Doe een borrel en vertel. Lang verhaal kort: Noud heeft bedacht dat we het huis moeten verkopen en aan boord moeten gaan wonen. Ook de boot (onze geliefde Nicholson 35) moet er dan aan geloven: ze is te klein om op te wonen terwijl er nog gewerkt moet worden. Tijdens de vakanties is dat wat anders, maar er moeten te veel spullen aan boord, zoals kleding en paperassen. Noud had bedacht dat ik hier wel niet veel voor zou voelen. Geestig. Ik zou nooit hebben durven hopen dat Noud dit zou willen. Typisch. We kennen elkaar pas een jaar of dertien. Nou ja. Voortvarend te werk gegaan dus. In november is het huis verkocht. We gaan er ergens in februari 1999 uit. Nu nog een geschikte boot gezocht. Simpel. We hebben er wel dertig gezien. Allemaal afgekeurd.

onze geliefde Nic 35.jpg

uitgewoond De volgende dag zijn we er. We gaan op zoek, in Rhu Marina moet ze liggen. Al snel ziet Noud haar. Hij zegt teleurgesteld: “ze heeft geen stuurhuis”. Dat zegt al iets over hoe belangrijk we dat in een enkele dag al zijn gaan vinden. Ze blijkt wel een stuurhuis te hebben, of beter gezegd, een gedeeltelijk overdekte kuip, maar het meeste van de constructie bestaat hier uit canvas. Het interieur blijkt uitgewoond. Het is niet van het beroemde blonde teak, dat Camper & Nicholson veel gebruikt, maar van een lichte houtsoort, we denken beuken. Overal zit het weer in, en de grote schotten zijn met wit plastic beplakt. Hier moet flink in geïnvesteerd worden, en er moeten nogal wat veranderingen worden doorgevoerd willen we haar bewoonbaar krijgen. Gewapend met een polaroid (nee, nog geen digitale camera in die jaren) doen we de ronde. De romp ( ze staat op de wal) vinden we indrukwekkend mooi, technisch lijkt ze OK, maar o, wat een werk krijgen we binnen. Eerst maar eens laten bezinken thuis. We gaan terug naar Nederland. Na een week vinden we een advertentie van een andere Nicholson 48. Deze ligt in Athene. Maar we kunnen foto’s opvragen. Die krijgen we al snel. We hebben hier te maken met een boot die er op het oog prachtig uitziet, met een veel betere indeling dan die we tot nu toe gezien hebben. Kort daarna lezen we nog een advertentie met een Nic48, ditmaal in Antibes. Omdat we met Kerst toch naar Zuid-Frankrijk gaan, besluiten we eerst de boot uit Antibes te bekijken, gewoon omdat dat makkelijk is. Het lijkt erop dat ze wel de foute indeling heeft. We maken begin december nog een tripje naar Schotland. Dat doen we met mijn ouders, een traditie van alweer een paar jaar oud. We kijken nog maar eens op de Nic 48/001 in Rhu. Vader kan het op zijn vijfentachtigste niet laten en klautert de ladder op om ook een blik te werpen. We laten hem een rondje door de hele boot doen. Als hij vraagt waarom dat was is ons antwoord: dan weten we of we dat wellicht zelf ook nog kunnen al we 85 zijn. De boot blijkt dus comfortabel genoeg: geen steile ladders en overal ruime doorgangen. Met Kerst bekijken we de boot in Antibes. Inderdaad: foute indeling. Wat erger is: hij is van een knutselaar. Er zijn allerlei dingen aan de betimmering toegevoegd, maar wel ernstig in iets wat het best te typeren valt als Beierse boerenlandstijl, maar dan van de bouwmarkt. Inclusief plastic schrootjes. Deze wordt het niet. De enige van alle veranderingen die we wel een goed idee vonden is de verbreding van de dubbele kooi in de achterhut. Standaard is die met 1.05 meter natuurlijk veel te smal. We onthouden goed hoe dat is gedaan!

Nic 48 bouwnummer 1.jpg

Athene Op 8 januari 1999 vliegen we naar Athene. Inmiddels is ons een makelaar aangeraden met een contactpersoon in Nederland. De makelaar is een Nederlander die in Griekenland zijn zaak heeft opgebouwd. Auke van Seggelen heet hij. Zij Nederlandse contact Willem is nu ook in Athene en heeft voor ons een hotel geregeld. Zelf komt hij iets na ons aan en het wordt een gezellige avond. Zondag 9 januari is de grote dag. We zijn al op tijd in de haven. De broer van de eigenaar is aan boord en heeft de motor al laten lopen. Dat vinden we maar zozo, want we willen natuurlijk weten hoe de koude start is. Even later komt de eigenaar zelf ook. Eenmaal aan boord gaan we eerst naar binnen. We gaan allebei zitten in de salon, elk in een hoek, diagonaal tegenover elkaar. We vinden dat we ver genoeg van elkaar weg kunnen zitten. Nee echt, de boot maakt een heel ruime indruk. Het karakter van de betimmering lijkt sprekend op dat van onze geliefde Nic35. Ondanks nogal wat onvolkomenheden willen we deze boot wel hebben. De prijs krijgen we nog wat naar beneden en we zijn het al snel eens. Op het kantoor van Seahorse, het bedrijf van Auke, worden de voorlopige papieren opgemaakt. De eigenaar wil per se een aanbetaling van 10%. Via vrienden kunnen we dat snel regelen. Dan is de tijd aangekomen om terug te vliegen naar Nederland. Willem, die technisch goed onderlegd is, zal morgen de boot technisch nog even helemaal nalopen, een koude start laten uitvoeren, voordat de boot naar Lavrion moet worden gevaren om daar klaar te worden gemaakt voor transport naar Nederland. Dat transport gaat per dieplader. Er zijn teveel onvolkomenheden om met deze boot in deze staat een lange zeereis te ondernemen. Alle afsluiters moeten bijvoorbeeld vervangen worden, de zeilen zijn op omdat ze ernstige UV-schade hebben, en de schroefas lekt een beetje. Dat hoeft niet ernstig te zijn, maar hij kan ook versleten zijn. We hebben hier al ervaring mee opgedaan met onze 35

.in Athene, boeg.jpg in athene achterdek .jpg

aan de ketting In februari 1999 gaat Noud terug naar Athene. Hij neemt zijn zus Alice mee. Samen gaan ze de boot met bezemen keren, alle overbodige rotzooi van boord gooien en zorgen dat de masten eraf worden gehaald en worden  klaargemaakt voor transport. Noud merkt, dat onze Griekse verkoper zich niet aan een aantal afspraken heeft gehouden. Verschillende rekeningen in Lavrion zou hij betalen, maar dat is niet gebeurd en we hebben geen keus. Na een  weekje is de boot transportklaar en Noud en Alice komen weer terug naar huis. Ze hebben veel plezier gehad, er is ontzettend veel rotzooi uit de boot gekomen en er word een container-met-kop afgevoerd. Als het tijdstip is aangebroken om de overdracht te finaliseren komt de mokerslag: de verkoper weigert de betaling te aanvaarden (hij heeft al 10% in zijn zak) en geeft ons de schuld. Er is druk contact met Auke en ook met Willem. Auke zet zijn huisadvocaat erop. Hij is wel wat gewend en stelt ons gerust: er is altijd wel iets hier in Griekenland. Daarom hebben we een advocaat. Maar er komt geen beweging in de zaak. De boot had begin maart al in Nederland moeten zijn, maar de overdracht is eind maart nog steeds niet gedaan. Wij besluiten om met hulp van Auke en zijn advocaat de boot aan de ketting te laten leggen. Stel je voor dat hij de boot nog eens verkoopt, weer tien procent in zijn zak steekt en ons het nakijken geeft. Ook ik trek de stoute schoenen aan en bel de Griek op. Hij spreekt gebroken Duits, maar verzekert ons dat de schuld bij Auke ligt en dat het wel goed komt. Ik geloof er niets van. Wij beginnen een vermoede te krijgen wat de achterliggende reden is. Auke vertelt ons, dat het in Griekenland mogelijk is om een boot in een soort charter-BV onder te brengen. Je kunt dan alle BTW aftrekken, zodat het hebben van een grote boot veel goedkoper wordt. Je moet dan wel minstens zes weken per jaar de boot ook inderdaad verhuren, en daarvan een register bijhouden. Dat had de Griek natuurlijk niet gedaan. Zelfs dat had verholpen kunnen worden. Auke en zijn advocaat kennen de weggetjes, en er is daar niet veel dat niet met wat steekpenningen kan worden opgelost. Maar dat weigerde mijnheer. Wij vermoeden dat het – zoals gebruikelijk – een centenkwestie is. Wat is namelijk het geval? Toen wij de boot kochten en de prijs vaststelden, deden we dat in Euro’s. Het was de eerste dag dat de Euro bestond – alleen op papier toen – maar het leek een heel wat stabielere munt te worden dan de Griekse Drachme. Dat bleek toch niet helemaal te kloppen, tenminste, toen niet. Vanaf de koop is de Euro alleen maar gezakt. Dat kostte onze Griek dus veel geld. Toen hij ook nog achterstallige BTW moest betalen omdat zijn charterregistratie niet in orde bleek, zou de boot uiteindelijk veel minder opbrengen dan hij had gedacht. Dus wat doe je dan: je chanteert de koper. Wij dus. Of de makelaar. Auke dus. Lekkere jongens, die Grieken. Veel later komen we erachter dat de ex-vrouw van onze Griek ook al eens had geprobeerd om de boot op Malta onder de kont van haar echtgenoot vandaan te verkopen. Lekkere jongens geldt in Griekenland kennelijk ook voor de meisjes. Lang verhaal ietsje korter. Twee processen later gaat de Griek door de knieën en tekent de Bill of Sale. Auke belt ons op. “je zult het niet willen geloven: ik heb de getekende Bill of Sale. Intussen hebben we in Nederland ook niet stil gezeten. Onze goede oude Nicholson 35 hadden we aan King’s Yacht Agency in de verkoop gegeven. Hij had er al mee geadverteerd – weliswaar met een fout bouwnummer en een te lage prijs – maar daar kwam aanvankelijk niets uit. Totdat er een telefoontje op mijn voicemail stond, van een Engelse dame, die hoopte dat dit onze voicemail was, maar daarvan niets kon vertaan. Ze had het nummer van Richard Seymour (King’s) gekregen want haar man had interesse voor onze boot. Ik heb haar meteen gebeld. We hadden een uiterst gezellig praatje en we spraken af voor komend weekend (we spreken eind maart) Ik haal haar op van de veerboot in Hoek van Holland. Noud heeft het aan boord gezellig gemaakt (kachel aan en de juiste drankjes en hapjes). Ray en Theresa (de kopers) zijn erg verbaasd dat we zoveel moeite doen om het gezellig te maken. Onze reactie is simpel: “We zijn dit weekend in elk geval tot elkaar veroordeeld. Of jullie de boot nou kopen of niet. Laten we er dan in elk geval een leuk weekend van maken”.

op de wal in Lavrion.jpg schoonmaken met verf!.jpg op wal in athene met container.jpg grote mast in takel.jpg bill of sale.jpg

death to the greek Je snapt dat het ijs heel snel gebroken was. Na een inspectieronde zonder ons en een proefvaart op zondagmorgen weten we het zeker: ze willen de boot en de prijs die we willen is goed. We laten Theresa nog wat van de courtage van King’s afpingelen (ze hadden per slot niet erg veel gedaan en het meeste was ook nog onjuist) en de koop is rond. Fijn, maar ook lastig, want waar gaan we nu zelf wonen. Het huis zijn we uit, en met Pasen gaat de 35 dus ook weg. Uitzicht op onze eigen Nicholson 48 hebben we nog niet. Vlak voor de overdracht van de Nicholson 35 aan Ray en Theresa keldert de Euro nog eens. De prijs was gelukkig in Ponden afgemaakt. Dat was nou eens een dikke bof. We hebben in Euro’s (of guldens, want die waren er toen nog) flink meer voor de boot gekregen dat we ooit hadden gedacht, en zelfs meer dan we destijds betaald hadden. Zo wordt voor Ray en Theresa de koop van de boot de koop van de eeuw, en voor ons de verkoop de verkoop van de eeuw. We worden dikke vrienden. We vertellen de verhalen van de Griekse verkoper en we bedenken gezamenlijk een nieuwe toost: Death to the Greek, steevast beantwoord door de goegemeente: Death! De week na Pasen vertrekt Ray met zijn zoon Toby in onze mooie Nicholson 35 naar Engeland. Noud staart haar weemoedig na. Dat heeft hij met geen enkele andere boot ooit gehad. Hij doet dat vanaf het voordek van een geleend motorbootje dat ons voorlopig als thuis zal moeten dienen. Ray en Theresa voelen zich gewoon schuldig dat ze er met ons thuis vandoor zijn gegaan, terwijl we niet eens weten of het met ons nieuwe thuis wel goed komt, laat staan wanneer…. De perikelen in Griekenland nemen in tussen geen einde. We leven op de toppen van of, u mag het zeggen, aan het einde van onze zenuwen. Dat Noud op een avond met de auto in de sloot beland lijkt een ondergeschikt detail (hij mankeert gelukkig niets) en dat tekent de tijd. Hoe het mogelijk is weten we niet, maar onze Griek komt er keer op keer mee weg de verkoop tegen te houden en intussen wel de dikke aanbetaling in zijn zak te houden. Maar eindelijk – het is intussen eind april -komt er een verlossend telefoontje. De papieren in Griekenland zijn eindelijk getekend. We slaan serieus aan de drank. de kreet “dood aan de Griek” is niet van de lucht. Er gaat een dieplader naar Griekenland en midden mei krijgen we het telefoontje van Willem: jullie boot hangt nu boven de dieplader en gaat vanavond rijden, het land uit en uit de mogelijke klauwen van onze Griek. Een uurtje later belt hij weer. “Ik durf het bijna niet te zeggen: de dieplader is te klein”. Er volgen nog een paar zenuwslopen de weken. Er gaat een nieuwe dieplader naar Griekenland. Die is wel groot genoeg, maar er zit een balk in de weg waardoor de volledige kiel niet in de daarvoor bestemde “put” van de dieplader kan zakken. We worden erg ongerust. De boot is betaald, dus als de boot om enige reden niet hier komt zijn we ons geld kwijt. Al ons geld. We vertrouwen de Griek voor geen cent. Hij heeft al zoveel rare bokkesprongen gemaakt om de verkoop ongedaan te maken met behoud van aanbetaling, dat we ons hart vasthouden nu al het geld aan hem is overgemaakt. We proberen onszelf gerust te stellen met de gedachte dat de hele Griekse wetgeving is gericht op het beschermen van de rechten van zeevarenden, maar het helpt niet echt.

dieplader Maar begin komt eindelijk het verlossende woord van Willem: de boot is geladen en staat met dieplader en al op de veerboot naar Triëst. Dat moet, want er is oorlog op de Balkan en wegverkeer is er nu niet veilig. Op woensdag 15 juni 199 moet ze aankomen. Zaterdagmorgen horen we op het nieuws dat de Tauerntunnel in Oostenrijk is ingestort, met een groot aantal auto’s erin. Het zal toch niet waar zijn………. Maar nee, de dieplader is niet door deze tunnel gekomen maar via een omweg. Dat moest, want de combinatie is te breed en te hoog voor de normale route. Als we woensdagmorgen vroeg naar jachtwerf Stevens in Dintelmond rijden gieren de zenuwen ons door de keel. Maar ze staat er al. Noud rekent af met de chauffeur en krijgt de sleutels van de boot. Hij kijkt er ongelovig naar. De familie Stevens wil de boot heel precies op een bok zetten en willen geen hulp van ons. We gaan koffiedrinken. Als weterugkomen staat ze keurig waterpas en stevig. Het werk kan beginnen. We zijn natuurlijk een dikke drie maanden vertraagd en we moeten zorgen dat we aankomende winter comfortabel kunnen wonen. Daarom beginnen we meteen. Nou ja, meteen…. niet helemaal meteen. We moeten eerst eens flink feesten. Het toeval wil (zei ik toeval?), dat Ray en Theresa met onze goede Nic 35, nu Charisma genaamd, in Nederland zijn. Ze wisten dat onze nieuwe boot eindelijk op weg naar Nederland was, en ze wilden de aankomst niet missen. Het lukte niet helemaal, ze haalden Zierikzee. We hebben ze per auto opgehaald zodat ze van de partij konden zijn. Dat waren ze. En alle andere  intimi die ons in deze maanden moreel of praktisch hebben gesteund. Op de pagina’s Het Leed worden de klussen allemaal genoemd. Als de boot bewoonbaar is, de nieuwe kussens er zijn, de nieuwe verlichting, de kombuis met nieuw fornuis op orde en de vaatwasser is geïnstalleerd gaat ze te water. De masten worden gezet en met de mensen die ons het meest hebben bijgestaan tijden de moeilijke afgelopen maanden varen we haar naarSteenbergen. Onze box is met vlaggen versierd, het motorbootje is op de plek naast de onze gelegd en onze katten kijken nieuwsgierig toe met wat voor boot we nu weer aankomen. We hevelen onze persoonlijke spullen over naar onze nieuwe boot en besluiten nooit meer terug te gaan naar het veel te krappe motorbootje. Als alles klaar is haalt Noud zijn kistjes, maar vooral zijn theekistje van de motorboot af en neemt ze ceremonieel mee naar de nieuwe Heerenleed. Nu wonen we echt op onze eigen boot…We hebben ons voorbereid om aanpassingsmoeilijkheden van onze katten, maar die verhuizen gezellig mee. Als Noud de volgende dag het motorbootje in een andere hoek van de haven heeft geparkeerd zijn ze het zo vergeten.

op de dieplader.jpg Noud krijgt de sleutels.jpg death to the Greek!.jpg heerenleed en pieped.jpg kistjes komen aan boord.jpg
begonnen Ons leven aan boord van onze Nicholson 48 Heerenleed is begonnen. Die zomer bestaat vooral uit heel veel werk verzetten, alleen onderbroken door een weekje varen. De familie Stevens duwt ons bijna af. Ze hebben gelijk: we moeten ook even van de boot genieten, anders krijgen we er nog een hekel aan. Omdat Ray met zijn zonen naar Plymouth wil zeilen (haar thuishaven is aan de Orwell, Engelse Oostkust) gaat Theresa niet met ze mee. Ze is snel zeeziek en dat soort tripjes hoeft niet zo voor haar. We vragen of ze een weekje mee wil in Zeeland. Daar heeft ze wel oren naar. We maken de (gedeeltelijke) zonsverduistring mee in Goes. We hebben er persoonlijk meerdere per dag, maar dat heeft andere oorzaken. Ray en kroost zijn in Plymouth aangekomen voor een volledige zonsverduistering, maar zien er niets van omdat het slecht weer is met regen en een dik wolkendek. We leren Heerenleed aardig kennen. Manoeuvreren is niet echt moeilijk, als je maar rekening houd met haar formaat en haar gewicht. De zeilen blijken echt op: bij wind die meer is dan een klein drietje beginnen de naden vervaarlijk te kreunen en na een week zitten er allerlei kleurige plakkers op om de boel bijeen te houden. Volgend jaar nieuwe zeilen. Maar dat wisten we al. In het najaar gaan we weer het water uit voor een nieuwe schroefasinstallatie. We krijgen een vetgesmeerd systeem met keerringen voor en achter, zodat er geen schroefaskokervet in het water komt. We hebben er een paar problemen mee, zodanig dat we zelfs een keer bijna zinken. Het duurt een aantal maanden voordat de het probleem onder controle hebben maar daarna hebben we er ook nooit meer iets aan gehad. Intussen heb ben nog altijd een probleem met onze onbetrouwbare Griek. Hij is wettelijk verplicht om onze Nicholson te laten uitschrijven uit het Griekse scheepsregister, waarin alles wat drijft op onvervalst Grieks-bureaucratische wijze moet zijn ingeschreven. Maar hij doet het gewoon niet en komt er tot nu toe mee weg. Het duurt tot het voorjaar 2000 voordat we – tot onze opluchting – het ding eindelijk ontvangen. In september beginnen we met de aanleg van de centrale verwarming. We hebben gekozen voor een Kabola B8 met convecterende radiatoren en een warmtewisselaar in de machinekamer. Zo hebben we niet alleen warmte, maar ook geforceerde ventilatie met opgewarmde buitenlucht als de verwarming brandt. Over de Kabola, naar ons idee toch de enige serieuze scheepsverwarming, kunnen we een boek schrijven. Dat gaan we dus niet doen. Hoewel bij iedereen de we kennen de Kabola altijd goed functioneert, blijft de B8 een zorgenkind, waar we heel veel geld aan hebben moeten uitgeven en die nog altijd niet goed functioneert. Er komt misschien ooit een kort verslag van op deze site, maar pas als alle problemen zijn opgelost en dat is nog niet in zicht. Als de herfst is ingevallen zijn we – afgezien van verwarmingsperikelen – erg blij met Heerenleed. We kunnen ons na de korte tijd dat we zo wonen nog maar nauwelijks een ander leven voorstellen.

op het volkerak.jpg letter of deletion.jpg